Er wordt me regelmatig gevraagd hoe ik goochelaar ben geworden. Mijn verhaal is in grote lijnen gelijk aan veel professionele goochelaars. In dit artikel vertel ik je wat meer over hoe ik in het vak ben gerold, maar de hoofdrol is weggelegd voor een goochelaar die van groot belang is geweest om zelf aan de slag te gaan: Pepijn.
Hoe werd ik goochelaar?
Ik begon met goochelen toen ik negen jaar jong was. Ik speelde samen met een vriendje, we voerden eenvoudige goocheltrucs uit bij mijn oma thuis. Mijn tante zag ons enthousiasme en gaf me een echte goocheldoos voor mijn verjaardag. Ik oefende alle trucs uit de trukendoos tot ik ze allemaal onder de knie had. Ik had het ‘virus’ te pakken en ik ging vliegensvlug naar de lokale bibliotheek om boeken te zoeken over goochelen en magie. Er waren een aantal interessante boeken te leen, maar één daarvan was extra bijzonder. De titel was “Pepijn, hoe word ik goochelaar?”. Dit goochelboek vond ik zo bijzonder dat ik toestemming van mijn ouders kreeg om het boek te kopen. Dit goochelboek kwam uit in 1990, toen was ik net tien jaar geworden. Ik heb het boek nog steeds in mijn collectie staan. Ik vond dit goochelboek direct heel interessant omdat er prachtige illustraties in stonden van een klein kereltje dat het hele boek door de trucs probeert uit te voeren. Dit zag er heel bijzonder uit.
Van boek naar toneel
Hoewel het een instructieboek betreft met allerlei goocheltrucs begon het met een heel herkenbaar verhaal: Een grootvader is in het bezit van een magische goochelkoffer. Het ontwerp van de koffer wordt tot in detail beschreven, ik heb de goochelkoffer zelf zo nauwkeurig mogelijk nagemaakt. Daarna worden alle trucs in de goochelkoffer van deze opa stap voor stap uitgelegd, met als doel een complete voorstelling samen te stellen. Het boek was niet alleen leuk om te lezen, het ging ook diep in op de materie. Daarbij passeerden diverse stijlen de revue zoals mentale magie, komische acts, illusionisme, manipulatie, kaarttrucs en de rijke historie van de goochelkunst.
Toen ik dit boek van voor tot achter helemaal had verslonden besloot ik de volgende stap te nemen; zelf een eigen voorstelling in elkaar zetten! Heel spannend natuurlijk, maar ik moest uiteraard ook een podium vinden om mijn act op te voeren. Ik trok de stoute schoenen aan en belde de organisatie van een voorleeswedstrijd op. Ik vroeg ze of ik in de pauze een optreden mocht geven voor het aanwezige publiek. Er zat daar een goochelaar in de zaal die me doorverwees naar de legendarische Joop Eiland. Hij was voor mij de ‘opa met de goochelkoffer’ die me de fijne kneepjes van het vak heeft geleerd. Maar wie is toch die Pepijn die me zo lang geleden heeft geïnspireerd om verder te gaan met magie?
Pepijn: Hoe word ik goochelaar?
Onlangs was het tijd voor een grote schoonmaak in huis. Op de stoffige zolder vond ik een stoffige kast, met daarin een stoffige doos gevuld met stoffige boeken. En één van deze boeken was getiteld “Pepijn: Hoe word ik goochelaar?” Ik blies de stof van het boek en begon te bladeren. Ik veranderde direct van een volwassen man weer naar een jongetje van tien jaar, geobsedeerd door het verhaal van de grootvader en natuurlijk die bijzondere illustraties. Wie was eigenlijk de auteur van dit boek? En leeft deze persoon nog?
Pepijn was eigenlijk Piet van Putten, en hij bleek inderdaad nog gewoon te leven. In plaats van een boek in de bibliotheek vond ik deze schrijver ditmaal via een heel ander boek: Facebook! Via Messenger kwam ik in contact met dezelfde persoon die voorheen onbereikbaar leek, en nu zomaar mijn vragen kon beantwoorden. Piet bleek een heel open persoon te zijn die graag zijn ervaringen met mij wilde delen. Hij stuurde mij zelfs een dikke envelop met een schat aan informatie… Krantenknipsels, verslagen van competities, fotomateriaal, brochures en nog veel mee. Dat was iets heel anders dan een goocheldoos, en tegelijkertijd nét zo magisch!
Twee legendes samen
Tussen de foto’s zat één afbeelding die me persoonlijk direct aansprak; een foto van Richard Ross en Piet van Putten, die samen optraden tijdens een goochel competitie in 1970. Ross zou hier de Grand Prix in de wacht slepen, ook Piet viel in de prijzen. Richard Ross is de mede-oprichter van Dutch Magic, een organisatie waar ik nu alweer een aantal jaren deel van uitmaak. Ross was een wereldberoemde goochelaar die helaas veel te jong is overleden. Prachtig om deze twee inspirerende figuren zij aan zij te zien staan. Piet stond destijds onder het pseudoniem René Petrie op de planken, zijn specialisme was “micromagie”. Dit wordt ook wel close-up magic genoemd.
Over Piet van Putten
De inspiratie voor Piet was Professor Antonini, een artiest die goochelen combineerde met poppenspel en buikspreken. Dit zou de blauwdruk leggen voor zowel goochelaar als clown Pepijn. Zijn vader huurde Antonini in om een optreden te verzorgen voor Piet en zijn twee broers, die dicht op elkaar jarig waren. In plaats van geld werd hij gecompenseerd met voedingswaren, want het was oorlog en er was voedsel schaarste. De vader van Piet was namelijk een bakker!
Piet is gespecialiseerd in micromagie, dat is het laten verdwijnen of verschijnen van kleine objecten op korte afstand van de toeschouwer. Denk aan de bekende munt uit de oor, maar dan veel ingewikkelder. Hij begon op de leeftijd van zestien jaar met goochelen. In 1970 won Piet onder zijn artiestennaam René Petrie het WK met een act waarbij hij een klein knietafeltje gebruikte. Met name de wijze waarop hij tussen iedere truc het tafelkleed van kleur liet veranderen sloeg erg aan bij de juryleden. Dit succes was de reden om zijn managementfunctie in de textiel naast zich te leggen en fulltime met goochelen aan de slag te gaan. Toen veranderde Piet nogmaals van naam en koos hij voor Pepijn. Dit was tevens de naam van het eenmanstheater waar zijn vrouw achter de schermen goochelde met de administratie.
TV goochelaar
Bij goochelaars van vroeger op de televisie denken we al snel aan Hans Kazan, Tommy Cooper of Paul Daniels. Piet behoorde tot de eerste goochelaars op de Vlaamse televisie als Pepijn in de kinderserie “Liegebeest”. Hoewel hij in Nederland geboren en getogen was, woonde hij in België. Deze serie liep vijf jaar op de Vlaamse omroep BRT. Pepijn was de enige mens op een eiland vol poppen, wat hem direct tot een bijzondere blikvanger maakte.
Goochelen op de televisie werkt niet hetzelfde als optreden voor een live publiek. Zo moet je als goochelaar rekening houden met verschillende camerastandpunten. Daarnaast wordt er ook gemonteerd, wanneer dit op het verkeerde moment gebeurt kan het effect van de truc verloren gaan.
(On)bekend uit het theater
Dat de man achter “Pepijn” wellicht geen bekend gezicht is komt wellicht door zijn bijzondere voorstellingen. Piet bouwde zijn eigen sets en schreef verhalen die hij met figuren tot leven bracht. Hij was de enige ‘levende’ acteur op het podium en deed alle stemmen zelf. Het vertellen van een spannend verhaal stond voorop, de goocheltrucs zorgde voor onverwachte momenten in de voorstelling. Naast het theater trad hij als Pepijn vaak op in scholen en op straat. Hij werd zelfs uitgenodigd om voorstellingen tegen geven in Rusland door een collega goochelaar, waar later zijn Nederlandse goochelboek enorm populair zou worden.
Internationale bekendheid: In 1994 werd het boek “Pepijn: Hoe word ik een goochelaar” vertaald en in een oplage van 100.000 exemplaren verkocht in Rusland. Het bleek een dermate succes dat er snel een tweede druk werd voorbereid om aan de grote vraag te voldoen.
Opa met de goocheldoos
Nu Piet van Putten de zeventig al ruim is gepasseerd, treedt hij niet langer op als goochelaar of theaterartiest. Hij houdt de vakliteratuur bij, en blijft op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen. Toch is er nog maar één persoon die in het publiek van goochelaar Pepijn mag plaatsnemen en dat is zijn kleindochter. Zo is de opa met de goocheldoos uit het boek tot leven gekomen…
Helaas is mijn broer Piet van Putten vrijdag 13 januari 2023 op 81 jarige leeftijd overleden! 23 februari zou hij 82 jaar geworden zijn.
Beste Lia, gecondoleerd. Ik wens jou en de familie veel sterkte toe. Piet was een inspiratie voor velen en we zullen hem missen.