Er zijn een aantal grote artiesten in de goochelwereld maar er zijn waarschijnlijk slechts twee namen die iedereen kent; Houdini en David Copperfield. In de jaren zeventig van de twintigste eeuw had de goochelkunst een behoorlijk stoffig imago gekregen. Het publiek was een beetje uitgekeken op mannen in zwarte kostuums en duiven in hun zakken. In 1981 veranderde dit en dat kwam door één illusionist genaamd…David Seth Kotkin.
Een verlegen jongen
David was een jongen uit een joodse familie met Russische wortels. Op tienjarige leeftijd stond hij al bekend in de buurt als “Davino the Boy Magician”. Twee jaar later was hij de eerste goochelaar die werd toegelaten in de Society of American Magicians. David was een verlegen jongen die goocheltrucs gebruikte om contact te leggen met meisjes. Dat bleek succesvol, hij sloeg topmodel Claudia Schiffer aan de haak wat overigens leidde tot geruchten over zijn seksuele geaardheid. Nu is hij al een hele tijd samen met Chloe Gosselin, ook een model die 28 jaar jonger is dan Copperfield. In 2010 kregen ze samen een kindje.
Inspiratiebronnen
David Copperfield heeft een geheel eigen stijl ontwikkeld die voortkomt uit een divers aantal inspiratiebronnen. Hij noemt zelf zijn ervaring in kinderkamp als achtergrond voor zijn stijl van verhalen vertellen. Daarnaast waren dansers als Gene Kelly en Bob Fosse voorbeelden, en de filmmaker Orson Welles. Je kunt die invloeden terugzien in zijn act.
Van goochelaar tot superster
Eind jaren zeventig mocht David Copperfield al enkele telvisieprogramma’s maken. Hij speelde ook kleine rollen in films als “Terror Train”. In 1981 werd hij wereldwijd bekend, toen liet hij een jet verdwijnen voor de camera terwijl er een groep mensen omheen stond. Het tijdperk van de grote illusie was geboren.
Groot, groter, grootst
Met het verdwijnen van een jet stond Copperfield in één klap aan de top. Toen leek het doorzagen van assistentes en de teleportatie van een eend plotseling een beetje ouderwets en saai. Ook Copperfield moest zichzelf zien te overtreffen. Dat deed hij in de jaren tachtig met trucs als:
Verdwijnen van het Vrijheidsbeeld (1983)
Deze truc leverde hem een plek op in het Guinness Wereld Record Boek voor het laten verdwijnen van het grootste object ooit. Voor een live camera en een publiek met toeschouwers verdween het Vrijheidsbeeld voor even uit beeld.
Zweven boven de Grand Canyon (1984)
In een typische jaren tachtig videoclip zingt Bonnie Tyler een power ballad zoals alleen Bonnie dat kan terwijl David Copperfield een vlucht maakt boven de Grand Canyon. Hij zweeft ook door enkele ogenschijnlijk solide bouwwerken. Dit is geen doorlopend beeld maar wel een indrukwekkende video.
Lopen door de Chinese Muur (1986)
Dit is weer een lange opname zonder knip- en plakwerk in de montagekamer. David Copperfield hult zich in een half doorzichtige kast aan één kant van de Chinese muur en verschijnt weer aan de andere kant, terwijl aan beide zijdes publiek staat dat hem in de gaten houdt.
Ontsnapping uit Alcatraz (1987)
Deze truc zullen veel criminelen graag leren, een ontsnapping uit de gevangenis. Dit is meer een korte speelfilm met enkele klassieke trucs verpakt in een spannende thriller. Niet de grootste stunt uit zijn carrière maar wel een goed voorbeeld van de kracht van het verhaal in magie.
Verdwijning van een treinstel (1991)
Tien jaar later keert Copperfield weer terug naar de verdwijning van grote objecten door een treinstel te laten verdwijnen. Eigenlijk een herhaling van voorgaande trucs en minder vernieuwend. Een jaar later zou hij dit goedmaken met…
Vliegen in een theater (1992)
Zijn film in de Grand Canyon was indrukwekkend maar was afhankelijk van montage. Copperfield kreeg steeds meer kritiek over zijn misleidende trucs, met deze vlucht van enkele minuten voor een groot live publiek liet hij wederom zien de meester van de grote illusie te zijn.
De regels van magie
Er zijn enkele ongeschreven regels binnen de magie. Als eerste mag je nooit trucs verklappen aan buitenstaanders. Een andere regel is het gebruik van “stooges”. Dat zijn “vrijwilligers” die feitelijk acteurs zijn en geen willekeurig gekozen vrijwilligers. Dan heb je nog de regel dat cameratrucs eigenlijk niet de bedoeling zijn. David Copperfield wordt regelmatig beticht regel 2 en 3 te breken. De verdwijning van een jet of het Vrijheidsbeeld is minder indrukwekkend als de toeschouwers betaalde acteurs zijn (hint: dat was bij het Vrijheidsbeeld waarschijnlijk niet het geval). Met creatieve montage heeft Copperfield enkele illusies op zijn minst “visueler” gemaakt (hint: zijn tocht door de Chinese muur was geen montagetruc).
Dromen en Nachtmerries
In 1996 ging Copperfield naar Broadway en schakelde regisseur Francis Ford Coppola in om een grootste show neer te zetten. Ook hier kwam de “levitatie” truc terug. Alle hoogtepunten van zijn carrière en magie uit de geschiedenis komen hier samen. De laatste jaren trad Copperfield naar de achtergrond met een kleine terugkeer tijdens de Country Music Awards waar hij samen met Taylor Swift een act opvoerde.
De grote onthulling
Is er een verklaring voor de rustige periode na 1996? Wellicht het televisieprogramma “Goochelaars Ontmaskerd” dat in 1997 op de buis verscheen. Hier brak een illusionist de eerste regel door bekende trucs uit te leggen aan de kijker. De goochelaar in kwestie droeg zelf een masker om niet herkend te worden. Later bleek dat Val Valentino te zijn. Hij vond dat goochelaars vooruit moesten kijken en niet blijven hangen in oude trucs. Een flink salaris zal ook meegespeeld hebben. De trucs die werden uitgelegd kwamen voor een groot deel uit de kast van Copperfield. Hoewel hij zelf niet alle trucs heeft uitgevonden zag je zijn stijl duidelijk terugkeren in dit programma. Een tank die verdween evenals een olifant, verdwijnen en verschijnen van assistentes, ook het vliegen kwam aan bod. Het tijdperk van de grote illusie kwam ten einde. Dat was de periode dat Street Magic opkwam.
Van het theater naar de straat
Met al die grote illusies, enorme producties en gladde producties zou je haast vergeten dat David Copperfield ook technisch gezien een zeer vakkundig goochelaar is. Zijn trucs met munten en andere kleine “tussendoortjes” laten zien dat hij meer was dan een showman. Hij begon als goochelaar en groeide uit tot de grootste illusionist van het einde van de twintigste eeuw. Als je denkt aan een goochelact krijg je direct het beeld van Copperfield in je hoofd. Zo heeft dat verlegen jongetje het toch heel ver geschopt.
0 reacties